4- lachende schipper - Reisverslag uit Hội An Thượng, Vietnam van VietFam - WaarBenJij.nu 4- lachende schipper - Reisverslag uit Hội An Thượng, Vietnam van VietFam - WaarBenJij.nu

4- lachende schipper

Blijf op de hoogte en volg

23 Januari 2020 | Vietnam, Hội An Thượng

4- Vrijdag 17/1/2020

Wat is dat? Iedereen zit al aan de ontbijttafel buiten. Er staan borden met fruit, grappig want we kennen thuis zoveel soorten fruit en toch kennen we dit niet. Het lijkt grapefruit maar het smaakt naar zachte sinaasappel. De partjes zijn hard maar wel sappig, er liggen plakjes sterappel die fris smaken. De mannen gaan voor gebakken eieren. Er liggen ook glanzende felgele pannenkoekjes in olie te trillen. Hmm, niet echt om van te smullen. Ik zie plakjes banaan ertussen en doe een poging om dit bord te legen wat me niet echt goed af gaat. Nee, sorry maar dit is niet te doen. De eigenaar is een lieve vriendelijke vrouw die haar best doet om ons te verwennen. Het lijkt zo onaardig als we wat laten staan maar de mannen eten liever geen fruit en er ligt heel te veel. Niemand doet een poging om de glanzende pannenkoekjes te proeven.
De taxidriver wacht op ons. Het zijn er twee. Dat is het nadeel als je met vijf reist, het past net niet in een personenauto. We rijden naar de haven waar een andere jongen ons staat op te wachten om ons naar de boot te brengen. Gisteravond hebben de mannen gevraagd of de eigenaar (weet haar en zijn naam niet) of ze nog leuke ideeën hadden voor een dagtrip. Natuurlijk hadden ze die. Met de boot naar naar een bay naast die van de drukke halong bay, fietsen en later snorkelen en zwemmen. Een bezoek aan monkey island hoort er ook bij. Een priveboot inclusief lunch. Duurt van 9 tot 17 uur.
De boot komt aanvaren, een vriendelijk lachende man ontvangt ons aan boord. Zijn bruine tanden laat hij die dag regelmatig lachend aan ons zien. Een paar minuten later stopt hij naast een witte boot die behoorlijk opvalt tussen al het grijs. Er stapt er iemand aan boord, zijn vrouw. Ondertussen komen we ogen tekort. Ze wonen in een drijvend vissersdorp waar hij dus die mooie witte(!) bed and breakfast boot bezit. Hij spreekt geen woord Engels, we moeten het dus doen met gebarentaal wat ons overigens heel goed afgaat. De huisjes in allerlei vormen maar de meeste toch echt heel armoedig. Houten geraamtes met stukken zeil doen dienst als huis. Waslijnen met groezelig wasgoed, grote plastic tonnen gevuld met drinkwater. Er liggen ook houten geraamtes bekleed met netten om de daaronder gevangen vissen te beschermen? Zo ben je als vis gevangen om daarna in een hok rond te mogen zwemmen maar eruit springen lukt niet. honden zien we ook liggen op de smalle houten randjes, manden hangen aan de houten palen en grote visnetten liggen op hopen. Alle ruimte op die kleine vierkante meters wordt benut. Soms zien we hier en daar oude blikken met plantenen er zijn zelfs huisjes met een echt dak en hier en daar een balustrade. Ze zijn onderling aan elkaar gebonden waardoor het een steviger aanzien geeft. Je moet er maar niet aan denken dat het hier slecht weer is want dan heb je een bewegende bende.
Het is ongelofelijk wat we zien. We maken enorm veel foto’s om alles vast te leggen om het jullie te laten zien. We zijn diep onder de indruk. Geboren worden op het water, leven op het water en verdienen wat er uit het water komt. Wat een zwaar leven hebben deze hardwerkende mensen. Hier wonen de mannen en vrouwen die we gisteren nog in Hanoi spullen zagen verkopen op die zwaar wegende jukken met handel. En dan mopperen wij om dingen waar zij geen weet van hebben en wij te weinig van die van hun. Alleen de geur al maakt dat we het zo heftig voor ze vinden. Nooit eens lekker geurend beddengoed, althans die geur wordt overstemd door de vissen. En dan die honden! Die hebben een echt hondenleven. Nooit eens lekker rennen, altijd maar op die smalle latten. Het is een confronterende tocht. De natuur is indrukwekkend mooi. Hoge kalkstenen muren die uit het water omhoog komen. Een groot ligbad staat op de rand van een vlot maar ik heb de indruk dat deze niet gebruikt wordt waar het voor bedoeld is. Plastic afwasbakken gevuld met serviesgoed, zou deze meteen dienst doen als kast? Sommigen hebben ter hoogte van ongeveer een meter, gaas geplaatst om de kleine kindjes binnen te houden. Je moet er niet aan denken wat er gebeurt als een kleintje net kan lopen. Grote vierkante bakken gevuld met vissen liggen om de huisjes heen. Het zware fysieke werk van de vissers. We zijn het er allemaal over eens wat een geluk wij hebben dat we in Nederland geboren zijn.
Geldt hier ook wat niet weet, wat niet deert.. de tv zien we soms ook hieraan staan. Weten ze dan niet?
De vrouw van de schipper zit gehurkt ons eten te bereiden wat heerlijk ruikt. Hoe doet ze dat? Ze heeft allemaal verschillende potten om haar heen. Potten die ooit gevuld waren met ander lekkers. Hier wordt niets weggegooid wat je eventueel nog kan gebruiken voor wat dan ook. Ze toont ons met een trotse lach een bordje met een stuk of acht grote platte garnalen, ze lijken op rivierkreeftjes. Dat staat ons te wachten voor een heerlijke lunch. Ze besteed er veel werk aan. De bergen om ons heen maken diepe indruk, het is jammer dat de schipper geen Engels spreekt. We hebben zoveel vragen, ook over het water. Het lijkt alsof we soms olie zien drijven. Het is een toeristische trekpleister en als we naar de boten om ons heen kijken dan komt daar veel vanaf. Dieselmotoren. Wat zijn wij blij met onze priveboot. We hebben zelfs een ligdek waar we met z’n allen kunnen zitten of met z’n drieën naast elkaar kunnen liggen. Op je buik met een spectaculair uitzicht! In de boot ligt kunstgras als vloerbedekking, het ziet er schoon uit. De schipper haalt een grote buis tevoorschijn van bamboo. Zijn mond past er net omheen, het is verbonden met een bakje waar tabak in zit en dan neemt hij een teug.
Zijn bruine tanden lachen naar ons. Komt waarschijnlijk van de tabak. En zijn mondverzorging staat als visser misschien niet op nummer één. Demon breekt voorzichtig door als hij op een groot eiland afvaart. We moeten afstappen en zien dat er fietsen op ons staan te wachten. Een fietspad van beton slingert aan de rand van het eiland omhoog. Cees die regelmatig spint heeft weinig moeite maar ik hijg als een oud postpaard. De weg gaat ook weer naar beneden. Bas zegt dat het beter is om terug te gaan om de weg omhoog niet te hoeven fietsen, alhoewel naar beneden scheuren heel verleidelijk is. maar wie niet waagt...
Blijkt gelukkig dat we beneden de juiste weg terug kiezen. We zien een grot die aan de andere kant ook open is en als we die in fietsen dan blijkt dat we onderlangs weer terug zijn. Dus gelukkig geen extreem hoge weg. Al met al duurt het fietsen niet heel lang maar wel leuk om het mee te maken. Een kleine gemeenschap werkt hier om de toeristen te ontvangen. Als we terug lopen naar de boot zien we dat de tafel heel mooi gedekt is, er staan 5 kleine kommetjes en mooie bordjes op. De grijnzende schipper zwaait met een welkomgebaar ons aan boord. Zijn vrouw is iets bescheidener en staat achter het stuur ook vriendelijk naar ons te lachen. Het is nog vroeg maar we moeten eten of we willen of niet. Blijkt dat de kleine vrouw groots gekookt heeft. Heerlijke kreeftjes, gamba’s, salade, calamari, salade met heel veel taugé. Leuk om te weten dat we in een restaurant hebben gezien dat de taugé heel uitgebreid geplukt wordt. Zoals wij die kennen is het al klaar maar zo is het nog niet als het van het land komt. Er hangen draadjes aan en die worden stuk voor stuk (!) eraf gehaald.
Iedere keer als we denken dat we klaar zijn zet ze weer een nieuw schaaltje, met een brede lach, op tafel. We durven niet te weigeren maar om 11 uur ‘s ochtends hebben we eerlijk gezegd niet heel veel trek in knoflook. Alles is erin gebakken of gekookt. Als we over onze buiken wrijven en zeggen dat we echt vol zitten zijn ze oprecht verbaasd. En wij voelen ons barbaren. We weten niet wat de gewoontes zijn maar hopen dat het eten nog een goede bestemming krijgt. Ondertussen wordt het behoorlijk fris. We hebben hete cat een beetje koud en snappen de uitspraak dat het mooi weer is niet. De bewolking neemt toe. De schipper vaart naar een strandje en geeft de mannen een zak met snorkels. Hij wijst naar de zak en naar het water. Wmah, zwemmen? We hebben niet echt veel zin om in het grijze water te springen. Toch ontkomen we er niet aan en Bas en Tim duiken vanaf het kleine strandje in het water. Opeens komen er allemaal Fransen en is het strandje vol. Zo idyllisch als het eruit zag vanaf de boot, zo vol is het nu. Ik aarzel maar stap ook in het water wat iet eens zo koud aanvoelt. Best wel lekker eigenlijk om even te zwemmen. De snorkels zijn niet te gebruiken zo mistig is het water. Het strandje ligt vol met de mooiste schelpen, waar we een paar van meenemen. Scherp aan je voeten! Terug aan boord zegt de schipper dat we monkey island aandoen. In de verte ligt een eilandje. Te een groot huis erop. We moeten overstappen in een kleinere boot die als taxi mensen van grote boten naar de kant brengt. Daar staat een gammel ijzeren trapje om zonder natte voeten op het strand te stappen. Blijkt dat het vol zit met kleine aapjes! Ze rollen over elkaar, hangen aan elkaar en bekijken ons met hun kleine kraaloogjes. Hun blik is niet eens nieuwsgierig. Ze grijpen een flesje waar frisdrank in zit, zetten hun scherpe tandjes erin en drinken het eruit! Ongelofelijk! Blikjes cola en allerlei troep die de mensen meebrengen weten hun grijpgrage handjes te vinden. De enige oplossing is om ons in een kooi te zetten en de aapjes erbuiten is een idee van Cees. We proberen om op een kalkstenen rots omhoog te klimmen voor een mooi uitzicht en dat hebben we. Het lukt maar een klein stuk maar dan zien we aan de andere kant van de baai dat er zoveel troep en rotzooi in het water ligt dat we ons niet kunnen voorstellen dat er niets aan gedaan wordt. Wij doen alles aan afvalscheiding en hier niet. Wereldleiders zijn nodig om klimaatverandering in te zetten maar uiteindelijk begint het gewoon bij de mensen zelf. Dit is onvoorstelbaar als je kijkt naar de kleine aapjes en al die troep.
De schipper vaart ons terug. We denken dat hij zijn vrouw afzet maar we moeten allemaal van boord, hij neemt ons mee om de witte bed and breakfast. Boat house Cat ba uitgebreid te laten zien. Het ziet er prachtig uit. Heel verzorgd en uiterst westers. Als we dan ook uitgenodigd worden in zijn eigen huis weten we niet wat we zien. De lekkere bank op het witte schip zijn hier kleine houten stoeltjes met rechte rugleuningen en het zachte brede bed zijn hier matten op de grond. Rondom zijn drijvende plateau zijn visvijvers aangebracht. Grote baarse happen naar lucht als we aan de rand staan. Ze hangen roerloos in het water en kijken met grote ogen vanachter het troebele water naar ons. Er loopt een schattige kitten los, zijn moeder heet Tommie. Het witte geeft de sterke tegenstelling zoals ik dat voel. Ons eten wat wijdde ochtend niet meer op konden wordt nu aan de kleine gegeven. Zijn kleine tandjes nemen de harde schillen van de kreeftjes in het kleine bekkie. Uiteraard ruikt het naar vis. De vrouw van de schipper zit gehurkt en slaat met een kapmes vlees aan stukjesop een stuk hout. Ze gaat meteen aan het werk. We vinden het mooigeweest en willen graag terug gebracht.
Met de brommer gaan we op zoek naar een warme trui. We hebben ergens een klein marktje gezien. In een te grote warme truizit ik achterop bij Bas. De kleine stukjes die we rijden en de leuke gesprekken die wehebben zijn GOUD!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Vietnam, Hội An Thượng

What a beautiful noise

14 en 15 januari 2020 eerste dag(en)

In het hoekje tegen bij het raam zit ik het fijnst. Esther en Bas zitten aan het gangpad. Zij worden constant aangetikt als er mensen naar het toilet gaan. Esther duwt soms terug. Irritant dat we zo dicht bij de toiletten zitten, hoor ik haar zeggen. Het is een groot vliegtuig, drie personen op een rij aan weerszijde onderbroken door een gangpad. De stewardessen zien er prachtig uit in lange tunieken en verschillende kleuren die aangeven business of economy. De vlucht naar Parijs in een kleiner toestel ging heel snel. Mijn plan om op mijn gemak op Schiphol aan mijn blog te werken is niet eens gelukt. Tijdschriftenkopen, koffietje, smoothie en opeens boarden. Esther wil graag op tijd naar de gate, niks rustig aan. Er staat een lange rij te wachten voor de vlucht naar Parijs. Maar op het vliegveld daar, staat het slecht aangegeven hoe we de aansluiting naar Hanoi kunnen vinden. Als we bij de gate aankomen staat er een rij van zeker twintig meter. Omdat we nog gebruik kunnen maken van het 4G netwerk kan ik nog net even wat mailtjes en wat mailtjes en whatapjes beantwoorden. De modus van nog even snel dit en nog even snel dat heeft mijn lijf nog niet verlaten.
.
Cees beweegt naast me, zijn hoofd zakt een beetje tegen mijn schouder. Bas ligt onder zijn deken als in een tippie tentje. Ik Dommel ook een beetje maar als ik even later opzij kijk zie ik dat Esther en Tim een beker noedels eten, eerlijk gezegd ruik ik het. Het is donker, veel mensen liggen te dommelen of kijken een film. De toilet wordt druk bezocht. Ik kan niet meer slapen na die paar uurtjes en kijk een nieuwe serie( the restaurant) op Netflix die ik thuis heb gedownload. Goeie tip van mijn moeder.
Tim vraagt of we weten waar Ester is. Ze is weg. Niet in het toilet die moeilijk open gaat en ook niet in de gangen. Blijkt ze achterin te kletsen met een Vietnamese vrouw die met haar kleine dochtertje reist. Op weg naar haar familie in Hanoi. Ze woont in Parijs. Esther vraagt of ze haar telefoon nummer mag voor eventuele tips. We leren dat hallo sjie ciao betekent.
Het licht gaat langzaam weer aan. We krijgen voor de tweede keer een warm doekje dat naar jasmijn ruikt. Mijn huid voelt gortdroog. Gelukkig heb ik allerlei smeerseltjes bij me. Zelfs twee oogmaskertjes. Als Esther ziet dat ik ze op heb wil ze ze ook graag. Leuk, een meisje tussen mijn mannen.
HydroPeptide in de lucht. Heerlijk!
Het ontbijt wordt geserveerd. Hanoi komt steeds dichterbij.
De taxi maneuvreert behendig door het drukke verkeer. De rochelende chauffeur stopt op de vluchtstrook om even iets af te geven en rent van zijn auto weg richting een officieel uitziend gebouwtje. Hij rent in een grappige dribbel weer terug naar de auto waar wij verbaasd zitten te wachten. Dit is nou echt Azië schiet het door mijn hoofd. Ik zie al dat ik stop op een vluchtstrook bij ons. Onvoorstelbaar! Onze hostel ligt in het oude gedeelte van Hanoi. De stad moet nog ontwaken. Het is nog wat schemerig. We zien de winkeltjes opengaan. Mensen gehurkt op straat hun ontbijt naar binnen slurpen. We zien vrouwen ook gehurkt in hete olie iets frituren. Ook al is het vroeg er is al veel bedrijvigheid. De jongen achter de receptie heet ons in perfect Engels welkom. Leuke gast. Hij verteld dat de alle kamers nog niet klaar zijn. Maar we kunnen tegen betaling wel vast van een kamer gebruik maken. Het kost ons een paar duizend Vietnamese dong. We twijfelen maar dan Blijkt dat het om een paar euro gaat. Daar moeten we nog even aan wennen. Onze tassen zetten we op de kamer neer en we gaan de straat op, zoeken naar een koffietentje. De koffie is ook even wennen, klein sterk en niet echt lekker. Het is ongelofelijk druk op straat met scooters en auto’s. Vrouwen met een juk op één schouder. Zoals bij ons twee emmertjes water halen lopen ze hier met een soort lage manden gevuld met allerlei spullen maar voornamelijk fruit. Kleine felgroene limoentjes of grote oranje mandarijnen. Ook de uglie’s zien we voorbijkomen. Een soort uit de kluiten gewassen grapefruit. Het lijkt wel of de kleuren van het fruit er hier feller uitzien. Het zijn vooral de vrouwen die we met eten bezig zien. De mannen eten het op, haha.
Op de fiets en de scooters wordt echt van alles vervoerd. Een man met een hoge stapel dozen achterop gebonden. Ze komen hoog boven zijn hoofd uit, waar deze dient als steun om de stapel niet om te laten vallen. Zijn hoofd iets voorover gebogen stuurt hij zijn handel door het drukke verkeer. Een vrouw heeft een enorme bos( anderhalve meter doorsnee!) gele chrysanten waar de bloemen ingepakt in wit plastic dicht tegen elkaar aan gedrukt staan, ook takken met kleine roze bloemetjes heeft ze erbij staan. Het lijkt wel een boom en dat allemaal achterop haar gammele fiets. Ze loopt ernaast en moet moeite doen om haar fiets te duwen. Het is een frêle vrouwtje. Ik bedenkt dat ze thuis kindjes heeft en een man en misschien wel ouders waar ze voor zorgt. Zo zwaar als het plaatje eruitziet zo is waarschijnlijk haar leven ook. We proberen een pinautomaat te vinden wat niet lukt. Gelukkig hebben we contant bij ons wat we wel kunnen wisselen. De tegenstelling met het kleine vrouwtje en onze irritatie niet te kunnen pinnen is groot. Hoezo verschil? Een miljoen dong is veertig euro. Wij zijn voorlopig miljonairs.
Het geluid van het verkeer is niet te beschrijven. Een kakofonie van toeters en schelle claxons, alles rijdt door elkaar. De ene scooter zet zich voor de ander, een auto duwt een andere voorbij, fietsers rijden tussen alles door. We hebben nog nooit zo’n drukke stad gezien. New York is er Klein bij en Bangkok een dorp. En dat enorme lawaai. We moeten erom lachen. Thuis krijg je een boete van ... euro. Hanoi zou er gigarijk van kunnen worden als ze die regel instellen. We besluiten om een massage te nemen en de reisstress van ons af te laten glijden. Van deze Spa kan ik nog wat leren en Rituals ook. Vriendelijke ontvangst en of we maar aan willen kruisen waar we aandacht voor willen. Ik kruis van de acht er zes aan maar dat is niet de bedoeling mem! Only two! Haha! De massage begint ook hier met een voetenbadje. De handen van de masseuse is niet aandachtig maar tė pittig hard. Ik twijfel of ik er iets van zal zeggen maar ik val er uiteindelijk toch bij in slaap. Esther die naast me ligt hoor ik nog net zeggen dat het please iets softer mag.
Twaalf euro en vijfenzeventig minuten later staan we alle vijf weer buiten. Echt!
Het geeft ons een goed gevoel, we kunnen er weer tegenaan. Ik kijk naar de vrouw die mij voorbij loopt met twee schalen fruit en bedenk me hoe hoe vaak zij zo gemasseerd wordt. We zien een leuk tentje en besluiten daar te gaan zitten om iets te eten. Het is inmiddels lunchtijd maar voor ons gevoel al einde middag. We hebben om half twee afgesproken om een fietstocht te gaan maken. Een gezellige Nederlander heet ons welkom in zijn airco gekoelde kantoor. Hij wordt ook wel Ko genoemd naar de fietstocht van Ko van Kessel. Nou als dat zo is dan hebben we een leuke fietstocht voor de boeg. Een vriendelijke Vietnamees heet ons vriendelijk welkom en verteld ons in moeilijke te verstaan Engels dat we gaan fietsen in dit gekkenverkeer en ja hoor dat is plosibbel. No ploblem. Buiten staan oranje fietsen die het goed doen. En we rijden achter onze gids aan die zich meteen in het verkeer stort. Hij vertelt ons dat we vooral mee moeten gaan met de blow en vooral niet afleed moeten zijn in the tlaffic. Stleed awee. Dus gaan we met negen mensen stleed achter hem aan. Het is net alsof we in de achtbaan op de Efteling zitten waarbij je je ogen dicht houdt als het spannend wordt. Zo ook de manier om de beste man te volgen. Er zit een bijna onhoorbare bel op mijn stuur die totaal niet mee kan doen in de scherpe hektiek waar ik me in bevind. Maar eerlijk is eerlijk, ik geniet ervan. Wat een gave manier om je in het verkeer te begeven. Ik word net zo brutaal als de Hanoiaan. Heerlijk. Gewoon meebewegen en af en toe gooi ik mijn oranje monster voor die van een ander. Ik ga ook gewoon naar rechts als dat moet en links voorsorteren is hier absoluut niet nodig. Je rijdt langzaam van rechts naar het midden van de weg, gaat ook alsof je nooit anders doet gewoon voor een auto rijden. Deze moet zich wel aanpassen volgens de regels van deze stad en daarna zit je voor je het weet aan de linkerkant van de weg om af te slaan. Je slaat niet af aan de kant van de stoep maar beweeg jezelf voor in de flow waarvan je vindt dat jij je het lekkerste voelt. Het is raar maar waar, jij beweegt en het verkeer om je heen beweegt mee. Net als jij dat doet zoals alle anderen om je heen. De weg slingert pittig omhoog, mijn knieën doen hun best om te volgen en opeens bevindt je je op een roestige brug, waarvan later blijkt dat de man die de IJffeltoren heeft ontworpen ook hier zijn sporen heeft achter gelaten. De spoorlijn wordt nog steeds gebruikt en ook al is er in de verte een trein te zien mogen we er een stukje op lopen voor wie dat durft. En omdat we inmiddels echte waaghalzen zijn geworden wagen we ook hier een stap op te doen. Vooral niet in de diepte kijken, ik grijp de hand die mij wordt toegestoken en ik sta opeens tussen mijn jongens met een big smile voor de camera. Esther bevindt zich niet op het spoor zij maakt prachtige foto’s van de omgeving blijkt later.
We slingeren verder over de brug waar we voorbij gereden worden door alweer toeterende gammele oude brommers die van alles vervoeren. We zien regelmatig drie tot vier mensen achter elkaar op de buddy zitten en zelfs ladders, glazen ramen, bomen en een flatscreen voorbij komen. Een man met een stuk gevelbeplating houdt deze vast terwijl de bestuurder zijn weg volgt. Je verveelt je absoluut niet. Ik kan het niet laten om toch foto’s en filmpjes te maken. Gelukkig maar want later blijkt dat de pro van Tim alleen maar voeten en de weg heeft gefilmd. Dat is dus niks geworden Tess..
Gelukkig heeft mijn camera een opnamefunctie ik slingerend op de fiets heb gebruikt en Esther houdt haar vingers op welke knop dan ook. Wat een ongelofelijke mazzel dat die meid een goeie relatie met haar iPhone heeft. En wat een prachtige foto’s en filmpjes maakt ze daarmee.
Onze gids is niet verstaan hij lispeld op een zeer speciale wijze die onze oren doet spitzen maar waar we geen ruk van begrijpen. Jammer want er is veel te vertellen maar ook te vragen maar dat laatste geven we snel op want hij wil zo graag vertellen dat we allemaal knikken waardoor hij zich vastbijt in zijn verhaal. Eigenlijk moeten we zeggen dat we hem niet begrijpen maar zijn vriendelijkheid houdt dat tegen. We maken een stop bij een soort vijver waar een groep Vietnamezen karaoke doen. Veel lawaai, zijn ze doof? Het lijkt als eerste blik heel leuk maar als we zitten voor een onduidelijke snack, die we bijna allemaal niet nemen, dat het een beetje tegenvalt. De vijver wordt gebruikt om in de vissen. De vangst wordt mee naar huis benoemen maar de vijver ziet er niet echt heel fris uit.
We snappen wel dat onze volgende stop een bijzondere is. We gaan het nog even opzoeken maar het schijnt dat we naar een maffiaeiland gaan. Er blijkt een enorme corruptie die hij positive corruption noemt. Op mijn vraag wat negative corruption is krijgen we een te lang antwoord. Het komt erop neer dat ze alles liever cash betalen anders moeten ze belasting betalen en zo ontduiken ze deze. Een en al zwart geld hier. Vandaar dat het zo belabberd geregeld is met alles wat met openbare voorzieningen te maken heeft. Het eiland is een van de leukste ervaringen gedurende de trip. Ko van Kessel is duidelijk niet te evenaren. Deze tocht is vooral fietsen in de gekte. We zien mensen wonen op drijvende vaten, tussen platen en in huisjes waar niet eens een bed in past zo klein.
Het kantoor is aircokoel, de eigenaar vraagt of we het leuk hadden en ja dat was zo maar hij vraagt niet verder, zal ik vertellen over onze onverstaanbare gids? Er wordt wel gevraagd of we nog een andere tour willen boeken maar nee.
Hanoi garden ziet er goed uit. In een tuin wordt aan spierwit gedekte tafels gegeten. Helaas geen plaatse meer voor ons. We kunnen binnen eten en twijfelen maar zoals het er buiten uitziet kunnen we waarschijnlijk alleen op de stoep eten. We raken niet uitgepraat over onze dag in Hanoi en zijn blij dat we morgen deze stad kunnen verlaten. Op naar Cat Ba.

Recente Reisverslagen:

05 Februari 2020

22- Terug..

05 Februari 2020

21- Voor de laatste keer: xin chao en cam on

05 Februari 2020

20- Kont omhoog

05 Februari 2020

19- Meelifter

05 Februari 2020

18- Excellent!

Actief sinds 14 Jan. 2020
Verslag gelezen: 71
Totaal aantal bezoekers 1358

Voorgaande reizen:

14 Januari 2020 - 31 December 2020

Mijn eerste reis

14 Januari 2020 - 31 December 2020

Mijn eerste reis

18 Januari 2020 - 18 Januari 2020

What a beautiful noise

Landen bezocht: