4- lachende schipper
23 Januari 2020 | Vietnam, Hội An Thượng
Wat is dat? Iedereen zit al aan de ontbijttafel buiten. Er staan borden met fruit, grappig want we kennen thuis zoveel soorten fruit en toch kennen we dit niet. Het lijkt grapefruit maar het smaakt naar zachte sinaasappel. De partjes zijn hard maar wel sappig, er liggen plakjes sterappel die fris smaken. De mannen gaan voor gebakken eieren. Er liggen ook glanzende felgele pannenkoekjes in olie te trillen. Hmm, niet echt om van te smullen. Ik zie plakjes banaan ertussen en doe een poging om dit bord te legen wat me niet echt goed af gaat. Nee, sorry maar dit is niet te doen. De eigenaar is een lieve vriendelijke vrouw die haar best doet om ons te verwennen. Het lijkt zo onaardig als we wat laten staan maar de mannen eten liever geen fruit en er ligt heel te veel. Niemand doet een poging om de glanzende pannenkoekjes te proeven.
De taxidriver wacht op ons. Het zijn er twee. Dat is het nadeel als je met vijf reist, het past net niet in een personenauto. We rijden naar de haven waar een andere jongen ons staat op te wachten om ons naar de boot te brengen. Gisteravond hebben de mannen gevraagd of de eigenaar (weet haar en zijn naam niet) of ze nog leuke ideeën hadden voor een dagtrip. Natuurlijk hadden ze die. Met de boot naar naar een bay naast die van de drukke halong bay, fietsen en later snorkelen en zwemmen. Een bezoek aan monkey island hoort er ook bij. Een priveboot inclusief lunch. Duurt van 9 tot 17 uur.
De boot komt aanvaren, een vriendelijk lachende man ontvangt ons aan boord. Zijn bruine tanden laat hij die dag regelmatig lachend aan ons zien. Een paar minuten later stopt hij naast een witte boot die behoorlijk opvalt tussen al het grijs. Er stapt er iemand aan boord, zijn vrouw. Ondertussen komen we ogen tekort. Ze wonen in een drijvend vissersdorp waar hij dus die mooie witte(!) bed and breakfast boot bezit. Hij spreekt geen woord Engels, we moeten het dus doen met gebarentaal wat ons overigens heel goed afgaat. De huisjes in allerlei vormen maar de meeste toch echt heel armoedig. Houten geraamtes met stukken zeil doen dienst als huis. Waslijnen met groezelig wasgoed, grote plastic tonnen gevuld met drinkwater. Er liggen ook houten geraamtes bekleed met netten om de daaronder gevangen vissen te beschermen? Zo ben je als vis gevangen om daarna in een hok rond te mogen zwemmen maar eruit springen lukt niet. honden zien we ook liggen op de smalle houten randjes, manden hangen aan de houten palen en grote visnetten liggen op hopen. Alle ruimte op die kleine vierkante meters wordt benut. Soms zien we hier en daar oude blikken met plantenen er zijn zelfs huisjes met een echt dak en hier en daar een balustrade. Ze zijn onderling aan elkaar gebonden waardoor het een steviger aanzien geeft. Je moet er maar niet aan denken dat het hier slecht weer is want dan heb je een bewegende bende.
Het is ongelofelijk wat we zien. We maken enorm veel foto’s om alles vast te leggen om het jullie te laten zien. We zijn diep onder de indruk. Geboren worden op het water, leven op het water en verdienen wat er uit het water komt. Wat een zwaar leven hebben deze hardwerkende mensen. Hier wonen de mannen en vrouwen die we gisteren nog in Hanoi spullen zagen verkopen op die zwaar wegende jukken met handel. En dan mopperen wij om dingen waar zij geen weet van hebben en wij te weinig van die van hun. Alleen de geur al maakt dat we het zo heftig voor ze vinden. Nooit eens lekker geurend beddengoed, althans die geur wordt overstemd door de vissen. En dan die honden! Die hebben een echt hondenleven. Nooit eens lekker rennen, altijd maar op die smalle latten. Het is een confronterende tocht. De natuur is indrukwekkend mooi. Hoge kalkstenen muren die uit het water omhoog komen. Een groot ligbad staat op de rand van een vlot maar ik heb de indruk dat deze niet gebruikt wordt waar het voor bedoeld is. Plastic afwasbakken gevuld met serviesgoed, zou deze meteen dienst doen als kast? Sommigen hebben ter hoogte van ongeveer een meter, gaas geplaatst om de kleine kindjes binnen te houden. Je moet er niet aan denken wat er gebeurt als een kleintje net kan lopen. Grote vierkante bakken gevuld met vissen liggen om de huisjes heen. Het zware fysieke werk van de vissers. We zijn het er allemaal over eens wat een geluk wij hebben dat we in Nederland geboren zijn.
Geldt hier ook wat niet weet, wat niet deert.. de tv zien we soms ook hieraan staan. Weten ze dan niet?
De vrouw van de schipper zit gehurkt ons eten te bereiden wat heerlijk ruikt. Hoe doet ze dat? Ze heeft allemaal verschillende potten om haar heen. Potten die ooit gevuld waren met ander lekkers. Hier wordt niets weggegooid wat je eventueel nog kan gebruiken voor wat dan ook. Ze toont ons met een trotse lach een bordje met een stuk of acht grote platte garnalen, ze lijken op rivierkreeftjes. Dat staat ons te wachten voor een heerlijke lunch. Ze besteed er veel werk aan. De bergen om ons heen maken diepe indruk, het is jammer dat de schipper geen Engels spreekt. We hebben zoveel vragen, ook over het water. Het lijkt alsof we soms olie zien drijven. Het is een toeristische trekpleister en als we naar de boten om ons heen kijken dan komt daar veel vanaf. Dieselmotoren. Wat zijn wij blij met onze priveboot. We hebben zelfs een ligdek waar we met z’n allen kunnen zitten of met z’n drieën naast elkaar kunnen liggen. Op je buik met een spectaculair uitzicht! In de boot ligt kunstgras als vloerbedekking, het ziet er schoon uit. De schipper haalt een grote buis tevoorschijn van bamboo. Zijn mond past er net omheen, het is verbonden met een bakje waar tabak in zit en dan neemt hij een teug.
Zijn bruine tanden lachen naar ons. Komt waarschijnlijk van de tabak. En zijn mondverzorging staat als visser misschien niet op nummer één. Demon breekt voorzichtig door als hij op een groot eiland afvaart. We moeten afstappen en zien dat er fietsen op ons staan te wachten. Een fietspad van beton slingert aan de rand van het eiland omhoog. Cees die regelmatig spint heeft weinig moeite maar ik hijg als een oud postpaard. De weg gaat ook weer naar beneden. Bas zegt dat het beter is om terug te gaan om de weg omhoog niet te hoeven fietsen, alhoewel naar beneden scheuren heel verleidelijk is. maar wie niet waagt...
Blijkt gelukkig dat we beneden de juiste weg terug kiezen. We zien een grot die aan de andere kant ook open is en als we die in fietsen dan blijkt dat we onderlangs weer terug zijn. Dus gelukkig geen extreem hoge weg. Al met al duurt het fietsen niet heel lang maar wel leuk om het mee te maken. Een kleine gemeenschap werkt hier om de toeristen te ontvangen. Als we terug lopen naar de boot zien we dat de tafel heel mooi gedekt is, er staan 5 kleine kommetjes en mooie bordjes op. De grijnzende schipper zwaait met een welkomgebaar ons aan boord. Zijn vrouw is iets bescheidener en staat achter het stuur ook vriendelijk naar ons te lachen. Het is nog vroeg maar we moeten eten of we willen of niet. Blijkt dat de kleine vrouw groots gekookt heeft. Heerlijke kreeftjes, gamba’s, salade, calamari, salade met heel veel taugé. Leuk om te weten dat we in een restaurant hebben gezien dat de taugé heel uitgebreid geplukt wordt. Zoals wij die kennen is het al klaar maar zo is het nog niet als het van het land komt. Er hangen draadjes aan en die worden stuk voor stuk (!) eraf gehaald.
Iedere keer als we denken dat we klaar zijn zet ze weer een nieuw schaaltje, met een brede lach, op tafel. We durven niet te weigeren maar om 11 uur ‘s ochtends hebben we eerlijk gezegd niet heel veel trek in knoflook. Alles is erin gebakken of gekookt. Als we over onze buiken wrijven en zeggen dat we echt vol zitten zijn ze oprecht verbaasd. En wij voelen ons barbaren. We weten niet wat de gewoontes zijn maar hopen dat het eten nog een goede bestemming krijgt. Ondertussen wordt het behoorlijk fris. We hebben hete cat een beetje koud en snappen de uitspraak dat het mooi weer is niet. De bewolking neemt toe. De schipper vaart naar een strandje en geeft de mannen een zak met snorkels. Hij wijst naar de zak en naar het water. Wmah, zwemmen? We hebben niet echt veel zin om in het grijze water te springen. Toch ontkomen we er niet aan en Bas en Tim duiken vanaf het kleine strandje in het water. Opeens komen er allemaal Fransen en is het strandje vol. Zo idyllisch als het eruit zag vanaf de boot, zo vol is het nu. Ik aarzel maar stap ook in het water wat iet eens zo koud aanvoelt. Best wel lekker eigenlijk om even te zwemmen. De snorkels zijn niet te gebruiken zo mistig is het water. Het strandje ligt vol met de mooiste schelpen, waar we een paar van meenemen. Scherp aan je voeten! Terug aan boord zegt de schipper dat we monkey island aandoen. In de verte ligt een eilandje. Te een groot huis erop. We moeten overstappen in een kleinere boot die als taxi mensen van grote boten naar de kant brengt. Daar staat een gammel ijzeren trapje om zonder natte voeten op het strand te stappen. Blijkt dat het vol zit met kleine aapjes! Ze rollen over elkaar, hangen aan elkaar en bekijken ons met hun kleine kraaloogjes. Hun blik is niet eens nieuwsgierig. Ze grijpen een flesje waar frisdrank in zit, zetten hun scherpe tandjes erin en drinken het eruit! Ongelofelijk! Blikjes cola en allerlei troep die de mensen meebrengen weten hun grijpgrage handjes te vinden. De enige oplossing is om ons in een kooi te zetten en de aapjes erbuiten is een idee van Cees. We proberen om op een kalkstenen rots omhoog te klimmen voor een mooi uitzicht en dat hebben we. Het lukt maar een klein stuk maar dan zien we aan de andere kant van de baai dat er zoveel troep en rotzooi in het water ligt dat we ons niet kunnen voorstellen dat er niets aan gedaan wordt. Wij doen alles aan afvalscheiding en hier niet. Wereldleiders zijn nodig om klimaatverandering in te zetten maar uiteindelijk begint het gewoon bij de mensen zelf. Dit is onvoorstelbaar als je kijkt naar de kleine aapjes en al die troep.
De schipper vaart ons terug. We denken dat hij zijn vrouw afzet maar we moeten allemaal van boord, hij neemt ons mee om de witte bed and breakfast. Boat house Cat ba uitgebreid te laten zien. Het ziet er prachtig uit. Heel verzorgd en uiterst westers. Als we dan ook uitgenodigd worden in zijn eigen huis weten we niet wat we zien. De lekkere bank op het witte schip zijn hier kleine houten stoeltjes met rechte rugleuningen en het zachte brede bed zijn hier matten op de grond. Rondom zijn drijvende plateau zijn visvijvers aangebracht. Grote baarse happen naar lucht als we aan de rand staan. Ze hangen roerloos in het water en kijken met grote ogen vanachter het troebele water naar ons. Er loopt een schattige kitten los, zijn moeder heet Tommie. Het witte geeft de sterke tegenstelling zoals ik dat voel. Ons eten wat wijdde ochtend niet meer op konden wordt nu aan de kleine gegeven. Zijn kleine tandjes nemen de harde schillen van de kreeftjes in het kleine bekkie. Uiteraard ruikt het naar vis. De vrouw van de schipper zit gehurkt en slaat met een kapmes vlees aan stukjesop een stuk hout. Ze gaat meteen aan het werk. We vinden het mooigeweest en willen graag terug gebracht.
Met de brommer gaan we op zoek naar een warme trui. We hebben ergens een klein marktje gezien. In een te grote warme truizit ik achterop bij Bas. De kleine stukjes die we rijden en de leuke gesprekken die wehebben zijn GOUD!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley